donderdag, 5 augustus 2010

5 augustus 2010 - Dubrovnik, Kroatië

 

Met kleine oogjes sleepten we onszelf onder de douche, en iets toonbaarder gingen we ontbijten. Tegen achten vertrokken we dan met ons (nog steeds fantastisch goed startend) autootje naar Mostar in Bosnië, een rit van ongeveer drie uur volgens Mappy. De eerste douanes voor het stukje in Bosnië passeerden we zonder enig probleem, maar toen we echt terug binnenreden in Bosnië was het wel een ander paar mouwen. De controles daar gebeuren veel serieuzer, waardoor de rijen ook veel langer zijn. In de brandende zon verloren we toch wel een dik halfuur in de chaos. Zelf werden we niet echt gecontroleerd, maar anderen moesten hun auto’s aan de kant zetten, koffer opendoen, … De hele santenboetiek. Tja, als je als vrouw achter het stuur zit en al je charmes bovenhaalt, kan dat al eens helpen om vlot door een controle te geraken ;-). In Kroatië zien ze direct dat wij toeristen zijn, met mijn blonde haarkleur. Blonde mensen zijn hier zeldzaam, dat is zoals in de Dominicaanse Republiek. De meeste vrouwen hebben bruin of zwart als haarkleur, en ben je blond, dan weten ze direct dat je niet van hier komt.

 

We hadden al eens eerder in een file gestaan, in Kroatië nog, door ons eerste ongeval dat we hier zagen: een bocht verkeerd ingeschat, tegen de rotsen geknald en vervolgens overkop gegaan. Omdat de wegen hier maar bestaan uit één rijvak, zit het verkeer natuurlijk direct vast als zoiets gebeurt. Zonder dat we die tijd verloren zouden zijn, zouden we ongeveer 2,5u over de rit gedaan hebben.

 

Na de douanes was het nog een halfuurtje rijden tot in Mostar, waar het een ongelooflijke nest is om te rijden en je auto kwijt te geraken. Hier en daar staan wel pijltjes naar kleine parkings, opengehouden door de lokale bevolking op een eigen stukje grond om een centje bij te verdienen, maar die staan al snel vol. Een echte grote parking is er niet, dus het is rijden tot je geluk hebt. Wij konden onze auto rond elven kwijt vlak aan het stadscentrum op de parking van een hotel – oef.

 

Direct daarna was het zoeken naar een bankautomaat, want Bosnië heeft een andere munteenheid dan Kroatië en België: de Bosnische Mark. We visten uit dat 1 Km (Bosnische Mark) ongeveer gelijkstond met een halve euro. Achteraf zagen we dat het eigenlijk niet nodig was geweest om Bosnische Marken af te halen: in Mostar zelf is alles zo toeristisch afgesteld dat je zowel in euro’s kan betalen, als in Kn’s. Onze eurocenten geraak je niet kwijt, maar de grote stukken wel.

 

De zon was ongenadig heet, ik schat dat het op dat moment ongeveer 40°C moet geweest zijn, en al snel was ik misselijk en uitgeput van de zon. We landden op een terrasje voor een deugddoend drankje en wat eten, en daarna voelde ik me al heel wat beter. We vielen om van de prijs die we moesten betalen voor al het eten en drinken dat we hadden besteld, en deze keer in goede zin! Voor slechts 5,5 euro hadden we alle twee ons buikje meer dan rond gegeten, en hadden we 2 drankjes! Superweinig dus. Ook de spulletjes in de winkels waren spotgoedkoop.

 

We bezochten 2 moskeetjes, waar ze schandalig veel geld voor vroegen achteraf bekeken. ’t Is dan wel maar 2 euro voor het betreden van de moskee, en 4 euro als je het torentje wil beklimmen, maar als je weet dat de moskee maar bestaat uit een zaaltje met een hoop tapijten, dan is dat in feite wel veel geld.

 

Maar goed, ik was nog nooit een moskee binnengeweest en het is zonde als je dat niet eens gaat bekijken van dichtbij. We mochten onze schoenen aanhouden, maar moesten op de blauwe tapijten blijven. De moskee zelf was mooi, ook mooie versieringen, maar zoals eerder gezegd: ’t was natuurlijk maar één zaal.

 

We beklommen het torentje, maar daar had ik direct spijt van: de torentjes zijn niet zo groot en breed als bij ons; ze zijn heel erg smal en mini, alsof je in een poppenhuis zit, maar wel hoog. De leuning kwam nogal laag, en ik weigerde boven nog één voet te verzetten. Daardoor veroorzaakte ik wel wat file van andere mensen die probeerden te passeren, maar eigenlijk waren de treden te smal om met 2 te passeren. Zelfs mijn zoetje de berggeit voelde zich niet al te veilig daarboven, en met veel overtuigingskracht bracht hij me toch weer in beweging op weg naar beneden. Zo’n torentje is dus absoluut GEEN aanrader als je hoogtevrees hebt!

 

Onderweg bezochten we nog een andere moskee, maar het torentje lieten we voor wat het was. In feite heb je alle moskees wel gezien als je die ene bezocht hebt. De pijlen leidden ons naar het oude bruggetje, dat verdacht veel weg had van de bruggetjes in Venetië. Schilderachtige foto’s kun je hier wel nemen!

 

We deden alle winkeltjes in het kleine stadje, en het was er super. Ik voelde me direct als een vis in het water en sleepte mijn zoetje overal mee binnen. Als ik moet kiezen tussen Mostar en Dubrovnik, dan ga ik toch voluit voor Mostar. De sfeer is daar anders, de mensen zijn zo vriendelijk allemaal, minder opdringerig om iets te verkopen, en de spulletjes zijn er zo fantastisch Oosters! Heel mooie en leuke dingetjes hebben wij gezien, en voor erg weinig geld. Je kan natuurlijk niet alles kopen en je huis volzetten, maar kijken kost niets!

 

Mijn zoetje kocht mij een handgesneden en versierde olifant, gemaakt uit mooi donkerbruin hout, voor slechts 10 euro. Dat deed me terugdenken aan de Dominicaanse, waar je ook veel van die beeldjes hebt voor bijna geen geld. En aangezien ik een zwak heb voor die houten dingetjes… De kleren hier zijn ook lekker Oosters, en ik liet me verleiden door een Oosterse broek. Pashokjes bestaan hier niet, daarvoor zijn de winkeltjes te klein. Wil je iets passen, dan jagen ze iedereen in het winkeltje buiten, sluiten ze de deur en kun je dat daar doen. Een beetje zoals bij ons op de markt. De dame van het winkeltje hielp me zonder opdringerig te zijn, en ze vond zelf dat de eerste broek me niet stond. Ze kwam met iets anders, zonder het echt op te dringen, en dat was direct stukken beter. Intussen vond mijn zoetje handgemaakte oorbelletjes, en aangezien het traditie is om mij van elke land waar we op reis naartoe gaan, een paar oorbelletjes te kopen…

 

Tussen al die Oosterse spulletjes zag ik ineens een wijnwinkeltje. Mijn zoetje twijfelde om binnen te gaan, maar ik sleurde hem toch mee en met resultaat: ik kocht hem een fles van hun beste wijn, die de derde plaats veroverde op de Engelse markt, dus slecht kan die niet zijn. Mijn zoetje zo blij als een kind met een stuk nieuw speelgoed ;-)!

 

Onderweg kwamen we nog een speciaal café tegen, gemaakt in een grot. Het café had geen deuren; het was gewoon die grot, een bar en wat tafeltjes. De verlichting was bijlange niet voldoende om alles mooi te verlichten, maar het gaf alles toch iets mystiek. Ze hadden van die grot een soort dance-cocktailbar gemaakt. Iedereen, jong en oud, wilde daar toch eens binnen gaan neuzen, ondanks de muziek. Aan de ene kant is het zonde om van dit stukje natuur een dance-café te maken, maar aan de andere kant was het toch echt wel mooi gedaan. We ploften ons in één van de zeteltjes en bestelden iets te drinken, mijn zoetje zijn trouwe mojito natuurlijk.

 

We slenterden nog wat rond, maar hadden na een viertal uur alles toch wel gezien. Om halfvier in de namiddag legden we onze souvenirs in de auto en reden we, gewapend met een fris flesje water en de airco vollen bak, terug naar ons hotel terug. De rij wachtenden voor de douane was deze keer niet zo lang, maar onze paspoorten werden wel gecontroleerd (tja, mijn charmes werken blijkbaar niet op vrouwen). Bij de tweede douane werd onze auto precies zelfs gescand, want we moesten heel traag rijden tot op een bepaald punt. Onderweg hadden we wel de pech om een hele hoop sukkelaars voor ons te rijden hebben, maar al bij al stonden we om halfzes terug aan het hotel. Niet slecht gereden dus.

 

Van de lange rit crashte ik op bed, maar uiteindelijk sprongen we toch onder de douche en wandelden we naar het kleine stadje hier een paar minuten verder om iets te eten. Daarna vlijden we ons in ons bedje, want ook morgen moeten we vroeg opstaan: dan gaan we naar Mljet voor een wandeling van 20 km, dus we moeten goed uitgerust zijn.

 

Foto’s